donderdag 31 mei 2012

Geel via de groene tafel

Andy zat zich na de Tour van 2010 nog wel achter zijn oren te krabben.
"Had ik maar een betere proloog gereden,  wat beter gestuurd en iets beter voorbereid op een rondje Rotterdam in altijd onvoorspelbare omstandigheden.
En dan die stomme schakelfout op de Port de Bales..  die 39 seconden die ik daar uiteindelijk verloor  is het aantal tellen die Contador minder over de tour heeft gedaan."

39 miezerige seconden op drie weken fietsen.
Het is te vergelijken met vanuit leidende positie de pitstop verkloten in een Formule 1 race,  waarna je bijna in de slipstream van de koploper over de finish komt, of de beslissende strafschop op een centimeter naast schieten:  bijna gewonnen, ofwel helemaal glashard verloren.

Nog minder is de hoeveelheid Clenbuterol die wordt aangetroffen in een bloedstaal van Contador.
50 picogram.
Om op sarcastische wijze in Maarten Ducrots woorden te zeggen: "of je een emmer leeggooit!"

50 picogram,  een miljoenste van een miljoenste gram  en dat maal 50.
Hulde aan de wetenschap dat men dat soort nanoscopische hoeveelheden kan meten, maar "El pistolero" zal ongetwijfeld gewenst hebben dat de wetenschap in de tijd van pistolen paultje was blijven steken.

Bijna twee jaar na de bewuste Tour krijgt Andy de gele trui, die hij verloor toen hij zichzelf letterlijk uitschakelde op de hellende wegen in het zuiden van Frankrijk,  toch terug.
De jongste Schleck baalt:  wel een Tour gewonnen  maar niet in het geel kunnen triomferen met de bekende arc op de achtergrond.
De trui krijgt hij uitgereikt, ergens in Luxemburg.
In mei notabene,  wanneer je liever in de buurt van een bekende Duomo een roze tricot zou krijgen uitgedeeld.

Het past wel prima in het plaatje van de eeuwige tweede: wel winnen, maar dan pas op een manier waarbij de mosterd na de maaltijd uit overjarigheid naar Schleck is toe komen lopen.

Mocht Andy nu de komende jaren tweede plaatsen blijven sprokkelen, dan is Joop zijn eretitel als de eeuwige tweede definitief kwijt:  hij won de Tour  nadat Hinault in het geel afstapte, maar hij mocht tenminste wel in datzelfde geel juichen in Parijs.

In tegenstelling tot Schleck richtte Zoetemelk zich niet enkel op drie weken Frankrijk, maar bleef ook in andere wedstrijden zijn neus aan het venster steken  om ze ook te winnen.
Wedstrijden op de baan, met heuvels,  zonder heuvels  en zelfs kasseien schuwde Joop niet (vierde in Parijs - Roubaix 1979, vijfde in de Ronde van 1973:  kom daar met de Schlecks maar eens mee!)

Andy daarentegen zie je hooguit drie weken in een jaar serieus koersen  en zelfs dan durft hij nog te zeuren dat de kasseien gevaarlijk zijn, de afdaling niet in de Tour hoort  of de tijdrit te lang is.

Verwend divagedrag,  dat eigenlijk ook nooit meer zou moeten opleveren dan de tweede plaats.

Toch was er vorig jaar ook wel een lichtpunt, toen Andy na het klagen, miepen en zeuren ineens besloot om eens de aanval te kiezen in de Alpen.

dinsdag 29 mei 2012

Met dank aan de dokter: renners die één goede ronde reden.

Af en toe  komen er relatief onbekende renners plots bovendrijven in een grote ronde.
Renners die daarvoor weinig tot niets op dat vlak hadden bewezen  en plots wel érg goed reden.
Een renner die een goede dokter had, of eens zelf aan het experimenteren ging.
De Phonakploeg is er groot mee geworden.

In het oude EPO-tijdperk had je dit soort mannen al rondrijden, maar konden ze in meerdere koersen dat trucje herhalen,  verscheidene jaren op rij,  tot die zeepbel uiteenspatte in de Tour van 1998.
Sindsdien hebben dergelijke instant-toppers  minder speelruimte gekregen en doen ze het doorgaans maar één keer  voordat het dopinglab of de politie ontdekt waar ze de mosterd hebben gehaald.

Raimundas Rumšas  is de man die het flikte in de Tour van 2002.
Buiten een keertje vijfde in een Vuelta  en het winnen van Lombardije in 2000 was hij een relatief onbekende renner.
Hij bleef goed plakken in de bergen  en ook bij de dopingcontroles  waar men het verloop van zijn hematocrietwaarden een beetje vreemd vindt.

Desondanks weet Lampre en Raimundas met de smoes dat een buikloop die vreemde curve kan verantwoorden  buiten schot te blijven.
In de tijdrit blijkt het nog beter te kunnen met de Litouwer: op het eerste tussenpunt blijkt Lance Armstrong 17 seconden toe te geven op zijn snelle tijd.
Het is dat in de tweede helft zijn tijdritstuur er de brui aan geeft  en hij hierdoor uiteraard snelheid verliest, maar anders had hij het zomaar kunnen flikken om met Lance te strijden om de dagzege.

Op de Champs elysees probeert hij alsnog de teleurstelling om te buigen in succes met een gewaagde, vergeefse aanval op de tweede plek van Beloki.

Wanneer Raimundas goed en wel van het erepodium is gestapt en Jan-Marie Leblanc bekomen van de verbazing dat die man ineens zo goed rijdt, blijkt de auto van diens vrouw Edita  een controle te hebben ondergaan door de Franse douane.
In de auto wordt een kleine apotheek aan doping aangetroffen.
Uiteraard speelt de Litouwer de vermoorde onschuld  en verklaart dat de medicijnhandel bedoeld is voor zijn zieke schoonmoeder.
Edita zit een tijdlang vast in Frankrijk,  Raimundas is ontslagen bij Lampre  maar mag het in 2003 nog eens proberen omdat de dopingtests gewoon negatief zijn.

Even gaat dat goed,  tot hij na een zesde plek in de Giro opnieuw tegen de lamp loopt.
In zijn bloed wordt EPO aangetroffen  en zodoende mag Rumšas  definitief opkrassen.

Terwijl  Rumšas nog amper drie maanden geleden positief werd bevonden begint de Vuelta.
In de vijfde etappe rijdt er een groepje weg om ook weg te blijven.
Ergens in dat groepje bevindt zich Isidro Nozal: een vrij onbekende knecht uit de ONCE-stal.
Nozal krijgt door deze vlucht de gouden trui om zijn schouders.

Een voorsprong op de favorieten van een paar minuten,  dat lost zich wel op in de bergen,  zo denken de andere favorieten wellicht.
Als ze sowieso al rekening hielden met tegenstand van deze onbekende renner.
Twee dagen na zijn ontsnapping is er een tijdrit  en iedereen bij ONCE rijdt goede tijdritten,  dus ook Nozal.
Sterker nog: Isidro wint de tijdrit met een minuut voorsprong op de tweede: David Millar..

De favorieten moeten toch wel even slikken  en zeker nadat de Spanjaard ook in de bergen aan kan klampen.
Zelf blijft hij volhouden dat hij voornamelijk in dienst blijft rijden van kopman Igor Gonzalez de Galdeano.
Vanuit deze gouden underdogpositie houdt hij prima stand  en wint ook de tweede tijdrit.

Roberto Heras lijkt de enige die hem kan bedreigen,  door in de aanval te gaan en wat tijd te snoepen.
Het lijkt onvoldoende: Isidro staat namelijk met nog één  tijdrit te gaan 1:55  voor Heras,  heeft de eerdere tijdritten gewonnen  en 11 kilometer klimtijdrit zou niet genoeg zijn voor Heras om er nog overheen te komen.

Nozal ziet echter zijn voorsprong met seconden per kilometer slinken, maar lijkt het tot het einde nog te kunnen waarmaken.
Op de laatste hellende kilometers blijft Heras prima ronddraaien, maar Nozal begint te harken en rechthoekig te trappen.
Het kwartje valt in de parkeermeter:  Nozal verliest ruim twee minuten en vanzelfsprekend ook de Vuelta 2003.

Gelukkig hebben we de podiumfoto's nog, want na zijn sensationele Vuelta verdwijnt hij vrijwel geruisloos in de vergetelheid.
In 2009 komt hij nog even in het wielernieuws wanneer hij plotseling nog een positief plasje op CERA heeft gepleegd,  maar dat is dan ook de laatste stuiptrekking van Nozal.

De Vuelta van exact één jaar later kent een volgende revelatie.
Roberto Heras heeft aanvankelijk de gouden leiderstrui stevig om zijn schouders, maar plots duikt een landgenoot in Phonakkleuren op tijdens een bergetappe,  om hier eens uit te pakken met een ritzege en sprong in het klassement: Santiago Perez.

Santi Perez had nooit meer gepresteerd dan een ritzege in de Ronde van Portugal drie jaar eerder.
Wat aanvankelijk een leuke ritzege leek verandert in complete verbazing wanneer dezelfde Perez één dag later ook de tijdrit op zijn naam schrijft.
De Phonakrenner klampt daarna netjes aan  en reduceert zijn achterstand op Heras naar 30 seconden tijdens de laatste tijdrit, die hij ook nog eens wint.

Amper anderhalve maand na dit opmerkelijke succes is de verklaring gevonden in de bloedstalen van de Spanjaard.
Ook hij mag twee jaar aan de kant staan.
Terugzien doen we hem niet meer,  tenzij je koersen volgt van het kaliber Clasica Vieira do Minho of de GP Llodio.

Wat jaren later hebben we in de Giro een andere Phonakrevelatie te pakken.
Terwijl Ivan Basso de stenen uit de strade rijdt kan naarmate de Giro vordert maar één renner hem een beetje volgen: de Spanjaard  José Enrique Gutiérrez.
Het domineren van Basso is al vrij opmerkelijk te noemen, maar gezien de voorgeschiedenis was hij toch wel één  der favorieten.
José Enrique komt echter op geen favorietenlijstje voor.
Het enige lijstje waarop de Spanjaard voorkomt is te vinden in een schimmig laboratorium.

Dit ontdekt ook de ploegleiding van Phonak  en de Spanjaard kan iets eerder wegwezen dan de rest van Phonak zou doen toen in de volgende grote ronde Floyd Landis voor het positieve labnieuws zorgde.

Sindsdien schijnt Guttierez nog wel ergens rond te fietsen, maar daarmee is ook alles gezegd.


Ten slotte konden we in de Tour van 2008 plots genieten van Bernhard Kohl, die naast wat kleine prijsjes  nauwelijks had getoond dat hij kon wat hij daar ineens liet zien in de bergen.
Naast het grijpen van de bolletjestrui bleef hij ook gewoon netjes bij de favorieten meeklimmen  en stond op een gegeven moment tweede in het klassement.
Sastres raid op de Alpe voorkwam een spannende driestrijd om het geel tussen Schleck, Evans en Kohl tijdens de laatste tijdrit.
Echter werd de Oostenrijker nog altijd derde op slechts 14 seconden van Evans,  een uitslag die voor degene die het had durven te voorspellen bij de bookmakers  ongetwijfeld een klein fortuin had opgeleverd.

Minder rijk zou degene worden die vervolgens in zou zetten op een bevestiging uit de hoek van de dopingtesten.
Kohl eindigde helaas wel naast het podium in het algemene pakklassement tijdens de bewuste Tour: Piepoli, Ricco en Schumacher gingen hem namelijk voor.







maandag 28 mei 2012

Een gauw vergeten Giro?

Op voorhand was het wel te verwachten dat het geen Giro zou worden met veel meeslepende actie.

Het zwaartepunt van het parcours lag pas op het eind  en er waren weinig grote mannen voor het klassement aanwezig.
Contador geschorst en zonder schorsing zou hij waarschijnlijk ook niet meedoen, Nibali had andere plannen, Evans evenzeer, Schleck lag weer tegen de grond en de andere richt zich tegenwoordig alleen maar op de 3 weken in juli.
Of ze waren over de top heen (Basso, Kreuziger).

Ook met een minder sterke bezetting had het een mooie koers kunnen worden,  met verrassingen vanuit onverwachte hoek,  of een tussenrit waarin alles onverwacht op zijn kop wordt gezet (zoals de beruchte rit naar L'aquila in 2010).

Uiteraard waren er wel een aantal mooie dingen te zien in de voorbije drie weken.
Rabottini bijvoorbeeld, die na een monsterontsnapping bijgehaald wordt door Joaquin Rodriguez maar zijn karretje aan kan haken, om toch nog de etappe te winnen.



In de laatste massasprint Guardini, die Cavendish eens goed wakker schudde.
Mark verwijtte zichzelf dat hij te lui was,  wat ook wel eens kan gebeuren wanneer je het gewend bent om bijna elke sprint te winnen  en je door dat (ogenschijnlijk) makkelijke succes soms wat te gemakzuchtig wordt.
Dus kon Guardini daar van profiteren  en is Cav ook weer met beide wielen op de grond.
Eerder in de giro ging hij ook al tweemaal onderuit  en werd een keer gehinderd door een val,  maar desondanks had Cavendish 3 ritzeges te pakken.



De rit naar de Stelvio was uiteraard ook een rit om te onthouden.
Alle favorieten konden elkaar niet losrijden op de Mortirolo,  terwijl een gevaarlijke man voor het klassement een aardige voorsprong had opgebouwd: Thomas de Gendt.
De Belg reed op de Stelvio ook de rest van zijn vluchters kwijt  en daarachter lieten de favorieten lange tijd Vandevelde het tempo maken.
De Gendt klom sneller dan de meesterknecht van Hesjedal  en kroop virtueel alsmaar dichter naar het roze.
Pas in de slotkilometers durfden ze eindelijk weer eens wat meer elkaar te testen  en dat resulteerde in toch nog aardig wat tijdverlies voor De Gendt.

Uiteindelijk levert het hem wel de derde plek op in Milaan, de Cima Coppi  en de ritzege op de top van de alpenreus.
De Gendt is de eerste Belg op het podium van een grote ronde sinds Bruyneels derde plek in de Vuelta van 1995, om over Nederlanders nog maar te zwijgen (Breukink, Tour 1990).

Hesjedal daarentegen wint deze Giro zonder etappezeges, een evenaring van het aantal etappes dat Scarponi won vorig jaar in de versie waarbij Contador uit alle uitslagen is geschrapt.
De Canadees mag wel van geluk spreken dat het bij één slechte dag bleef  en dat de rest toen ook te afwachtend koerste.
Dat geluk moet je als renner wel eens hebben,  ook als de mindere dag betekent  dat je  een stijgend vormpeil hebt ten opzichte van de concurrenten later in de ronde.

Voor volgend jaar is de hoop gevestigd op een parcours dat iets minder de nadruk op het slotweekend legt, met daarbij een deelnemersveld dat niet eens wacht tot de laatste vijf kilometer van de klim.
Echter is dat een probleem dat in bijna iedere grote ronde wel eens of meerdere jaren voorkomt, bij het gebrek aan aanvallers in vorm en/of de juiste dokter  of als het parcours gewoonweg loodzwaar is en het meer een slijtageslag is.








vrijdag 25 mei 2012

Dodelijke combine: Mortirolo en Stelvio






De voorlaatste etappe in de Giro is een waarin de laatste loodjes ook echt de meeste inspanning vereisen.
Eerst komen de renners al de Tonale, Teglio en nog een paar onbekende heuvels tegen voordat ze na 151 kilometer beginnen aan een van de zwaarst mogelijke combines in het Italiaanse land.

Eerst zal de Mortirolo korte metten maken met de benen.
De klim wordt niet vanuit Mazzo aangevangen (de bekendste zijde), maar vanuit Tovo di Sant'Agatha.
Niet dat het voor de beleving veel zal uitmaken, want deze is evengoed gruwelijk steil!
In een goede 12 kilometer stijgt de weg  1300 meter!   waarbij de weg ook nog eens bijna een kilometer daalt,  dus technisch gezien klim je de 1300 meter in 11 kilometer.

Na de afdaling volgt een aanloop richting het nokje van de Giro: Passo dello Stelvio.
Een ellenlange klim vanuit Bormio, waarbij de weg langzaam de soep uit je benen draait: in het begin nog 4 a 5%, maar langzaam maar zeker loopt dat gemiddelde op, tot je op het einde met gemiddeld 8,8% boven de boomgrens zit af te zien.
Aanklampen is er niet meer bij,  het is dan echt ieder voor zich.

Na 2005 is dit beest niet meer opgenomen in de Giro,  destijds waren diverse deelnemers aan deze Giro wel aanwezig: Jose Rujano zag als eerste de top, maar Ivan Basso heeft mindere herinneringen aan de eindeloze slingerweg in de ijle hoogten.
Basso was ziek  en stond totaal geparkeerd op de Stelvio, nadat hij de dag daarvoor ook al tijd had verloren  was de roze trui nu compleet gaat vliegen.



Marco Pinotti beleefde de Stelvio als volgt: "Het was afzien,  voorbij de boomgrens denk je dan dat het wel bijna voorbij is met de ellende,  tot ik naar boven keek.
Die teleurstelling!

De allereerste beklimming in 1953 van de Stelvio zorgde er meteen voor dat de hoge pas in de harten van de Girotifosi werd gesloten.
Fausto Coppi was degene die de beklimming in de voorlaatste etappe aangreep om succesvol de roze trui van Hugo Koblet aan te vallen.
Vanaf het begin van de klim reed de regerend Girowinnaar weg van de anderen en kon, al uitlopend, een paar haardspeldbochten onder zich Koblet zien zwoegen, hetgeen een heerlijke aanblik moet zijn geweest.
Dat de eerste renner die de hoogste pas in de Giro slecht  vanaf 1965 de Cima Coppi krijgt uitgereikt mag uiteraard geen wonder heten.

Die eerste Cima Coppi lag destijds ook op de Stelvio, maar door een lawine kon niet de hele klim gereden worden.
Op 1900  meter werd een alternatieve finish gelegd.

Dit jaar kan het zomaar gebeuren dat de winnaar van de Cima Coppi meteen een driedubbelslag slaat met de etappezege, aangezien het ook meteen de finish is  en daarnaast zou het goed mogelijk kunnen zijn dat hij ook de Roze trui ver -of herovert.

woensdag 23 mei 2012

Einde van een roze droom in de Dolomieten

3 juni 1989.
Eeen peloton staat andermaal aan de start van een koude en regenachtige etappe.
In de barre omstandigheden komen herinneringen naar boven van bijna exact één jaar geleden, toen de Gavia het witte toneel werd van de cima coppi voor heroïek.
Het weer lijkt er vandaag ongeveer op  en Erik Breukink heeft de beste papieren: hij had immers gewonnen in die vreselijke rit, dus daarmee vergeleken is alles zomers.
Bovendien werd hij gisteren derde,  vlak achter Fignon en Herrada,  waarmee hij het roze aardig om zijn schouders heeft.

Dat hij daarvoor wel een tijd moest wachten in de kou en regen alvorens hij gehuldigd kon worden, in plaats van vrij vlug de warme hotelkamer op te zoeken nam hij voor lief.

De etappe is niet heel lang: slechts 130 kilometer, maar met het hondenweer al geen pretje,  laat staan dat van die 130 kilometer bijna de helft geklommen moet worden is het een recept voor een veldslag.

De Passo Giau, Colle Santa Lucia en de Passo di Fedaia hebben het peloton al danig uitgedund.
Op de Pordoi blijft nog een elitegroepje over,  een groep met daarin de zeven die op dat moment ook bovenaan staan in het algemeen klassement.
Breukink is gerust: hij lijkt de Pordoi goed te doorstaan en na de afdaling volgt nog een klim van derde categorie,  eentje die niet echt lastig is  in vergelijking met de gemene hellingen die er verteerd zijn:
Passo di Campolongo.

In de afdaling richting die beklimming voelt Breukink dat er iets niet helemaal klopt.
Is het de kou, de regen  of toch wat te weinig voeding tot zich genomen?
De Breuk eet nog gauw iets  en draait met de overige favorieten de Campolongo op.

Andy Hampsten versnelt meteen en Breukink komt mee,  maar niet gemakkelijk.
Duidelijk is dat het al vanuit zijn tenen moet komen  en Laurent Fignon ziet dit gebeuren.
Natuurlijk plaatst de Fransman een volgende versnelling  en dat is er eentje teveel voor Erik.
Hoewel het "slechts" regent ziet hij zwarte sneeuw verschijnen in de tunnel waar hij dan doorheen ploetert.

Breukink staat op het, op het eerste oog, bijna onbeduidende klimmetje compleet geparkeerd.
De roze trui verborgen onder een geel regenjack, zodat de renners die hem in die half uur durende lijdensweg passeren geen benul hebben welk lijk ze op die natte en vuile weg voorbijrijden, als ze al meer zagen dan een paar meter voor zich.
Dat half uur lijkt een half leven  en in eenmaal het dal bereikt kan de roze trui naar Laurent Fignon.

Breukink kan zich wel voor zijn hoofd slaan.
De Giro verloren door een stomme hongerklop, in combinatie met de barre kou.
Een fout waardoor je als renner nog jaren blijft denken: "had ik toch maar wat vaker gegeten,  toch die bidon nog gepakt,  toch dat ene jackje iets eerder aangetrokken."

Het overkomt iedere renner vroeg of laat.
De één in de ronde van Qinghai Lake, de ander in de Ronde van Drenthe en soms de Roze trui, in een belangrijke bergetappe.



Op 4:58 zien we de pijnlijke beelden van hoe Breukink lijdend en harkend in beeld op komt doemen.
Zelfs de immer ratelende Italiaanse commentator valt stil bij het aanzien van de verloren roze truidrager.





dinsdag 22 mei 2012

De cols uit een etappe naar Cortina d'ampezzo

Morgen zou het dan eens moeten beginnen:  de Giro waarop we eigenlijk al de hele tijd gewacht hebben.
Niet meer Tranquilissimo, maar de echte gevechten tussen de topfavorieten, de betere inzinkingen  en klinkende aanvallen.
Zelfs echte chasse patates zijn nog niet veelvuldig voorgekomen deze Giro.

Morgen zal er toch wat moeten gaan gebeuren in de loodzare dolomietenetappe,  waarin toch al duidelijk wordt wie er zich zorgen kan maken over de Stelvio en de Mortirolo  en wie zich daar minder zorgen over kan maken.
Geen zorgen maken is onmogelijk op een dergelijk tweeluik: één vergeten drinkbusje, één afgeslagen gelletje of één vergeten jasje in een afdaling,  kleine details die je betaalt met rente én het hoogste BTW-tarief.

De eerste beklimming is Passo Valparola.
Een klim naar de ruigte van de Dolomieten,  naar een pas in een desolate, kale omgeving vol puin.
Boven op de pas ligt ook de taalgrens tussen het Duits en Italiaans  en daartussen slingert de weg over een gebied waar de taal in het grijze gebied zit: het Ladinisch.

Als men na de top links zou afslaan zou men vrij vlug richting Cortina d'ampezzo dalen, maar dat is overgelaten aan de verstandige mens,  hier wordt gekozen voor een omweg, ofwel martelgang over nog drie zware klimmen alvorens Cortina aan te doen.

De Valparola wordt vanuit San Cassiano genomen, nadat er in de praktijk al over voornamelijk valsplatte wegen een krappe 300 meter is overwonnen in de dertig kilometer daarvoor.
Een klim van 14 kilometer met een grillige start, met steilere en bijna vlakke stukken.
Tot ongeveer 6 a 7 kilometer de weg definitief omhoog gaat,  met voornamelijk stijgingspercentages van 6 tot 8%
Pas vlak onder de ruige top wordt het weer ietsje vlakker  en is de op een na hoogste pas bereikt in deze etappe.

Het is, zoals ook in eerdere passages in de Giro het geval was, een opwarmer voor het zwaardere werk.
Fabian Wegmann was de laatste die er de meeste bergpunten pakte, 8 jaar geleden.
Toen finishte de etappe op de plek waar vandaag de finishlijn was getrokken en deze etappe zal starten: de stad Pfalzen in Zuid - Tirol.

Na een lange afdaling komt men aan in een vallei,  waar niet al te lang meer gerecupereerd kan worden.
Vrij gauw arriveren de renners aan de voet van een drietraps klim richting de Passo Di Giau.
Eerste trap is de Passo Duran,  een gemene helling waarbij alleen de machtige rotshellingen de pijn kunnen verlichten.
Voor het grootste deel zijn de percentages venijnig, vooral de 8 kilometer die het grote middendeel van de Duran vormen zijn zelden onder de 8%

Niet alleen de klim van de Duran kan gebruikt worden voor de aanval,  ook de afdaling is een interessante mogelijkheid  zoals Paolo Savoldelli (wie anders?)  in 2005 liet zien.
Vanuit de groep viel de valk sierlijk  naar beneden, om op de slotklim opgeraapt te worden door Ivan Basso.
Samen reden ze naar de finish op Zoldo Alto, waar Il Falco de dagzege in zijn klauwen nam en Basso het roze.

Zoldo Alto wordt nu ook gepasseerd, maar is slechts een relatief laaggelegen tussenstation in de klim naar de Forcella Staulanza:  de tweede trap met de top ruim honderd meter hoger dan de Duran, maar iets minder steil en lang.
Meteen na de afdaling van de Duran is de steilste passage van de Staulanza:  de eerste kilometer die gemiddeld 10% is,  iets dat de benen meteen flink zal laten zwoegen.

Boven gekomen is er geen lange afdaling: in 10 kilometer, met soms vrij vlakke stukken, staat de Passo di Giau alweer klaar.
10 kilometer met ruim 900 meter hoogteverschil, met de top op 2200 meter boven de zee, ofwel: het echte werk.
De adembenemende uitzichten zijn niet echt hetgene waar de renners zich in de klim mee bezig houden, maar voor de toerist zeker de klim waard.

De Giro heeft hier natuurlijk vooral de pure klimmers de top als eerste zien passeren.

Ex-winnaar Garzelli deed dit vorig jaar in een loodzware rit waarin de Giau nog werd opgevolgd door de Fedaia en de Gardeccia.
Garzelli moest zijn aanval op de Giau bekopen door in de laatste klim een ruime minuut toe te geven aan Mikel Nieve.

In 1989 kwam Henry Cardenas hier als eerste boven, maar dat feitje zou ondersneeuwen door een fameuze hongerklop van de man in de roze trui, later in die barre rit.
Hierover meer in een volgend bericht.

Nu volgt er vanaf de top een lange afdaling naar Cortina d'ampezzo.
Zonder Nibali en Savoldelli is het zoeken naar een nieuwe superdaler, die hier wellicht het verschil gaat maken.
Misschien is Joaquin Rodriguez hiertoe in staat, of een Cunego als hij misschien Scarponi moet helpen om terug te keren, of zelf de benen van 2004 terug mocht vinden.




maandag 21 mei 2012

Renners die stoppen: Robbie McEwen

Afgelopen ronde van Californië:  Peter Sagan en Heinrich Haussler wint   alle vlakke ritten, in de massasprint.

Op de zestiende plek eindigt Robbie McEwen,  een schier anonieme klassering die nog eens duidelijk maakt dat de jeugd het sprintstokje al een tijdje van de Aussie heeft overgenomen.
Pas na een frisse douche en met een pintje op de bank in Los Angeles zal het besef komen dat het nu echt over is, het koersen en het zoeken naar de juiste positie voor die beslissende honderden meters.

Het tenue van Orica-GreenEdge blijft hij dragen, maar nu zonder de klikschoenen, zeembroek, het strakke shirtje en de helm,  in de ploegleidersauto of in het kantoor, als adviseur van de Australische ploeg.

Het is bijna geen toeval te noemen dat er aan het eind van de loopbaan van
één van de renners die het wielrennen in Australie op de kaart zette een volwaardige Australische worldtourploeg op poten is gezet.
Samen met onder meer O'grady, Rogers en Evans begon Mcewen  het wielrennen van Down Under op de wereldkaart te prikken.

Tegelijk met het ontstaan van de Rabobankploeg begon de profcarriere van McEwen bij deze ploeg.

Hier begon het nog niet meteen met successen in de grotere koersen,  maar de ritzeges in de ronde van Nederland, waar hij Jerommeke zowel in de Nederlandse taal als in de sprint de baas kon  duidden dat het een kwestie van tijd was dat de jonge spurter tot leuke dingen in staat was.
Ook in de Tour de France was hij er regelmatig bij  en hoewel hij nog geen ritten won wist hij zich toch aardig te mengen tussen de Cipollini's, Svorada's en Steelsen van de toenmalige sprintwereld.

Een jaar verder lijkt zijn Tour lange tijd een magere oogst te worden,  in de sprintrijke eerste week komt hij nooit verder dan de vierde plek.
Rabobank presteert sowieso magertjes in de Tour, zodat de negatieve aandacht op McEwen enigzins wordt afgeleid naar een algenrijk weggetje bij Noirmoutier en Boogerd die na zijn valpartijen nooit meer in de vorm van 1998 zal raken.

Op de Champs Elysees is er, bij gebrek aan Cipollini alleen de Telekomtrein om Erik Zabel te lanceren voor wat hopelijk een ritzege wordt.
In zijn groene trui heeft hij nog geen enkele rit gewonnen  en het lijkt er op dat het nu toch gaat lukken.
Echter  is Mcewen nu goed bij de les, heeft de juiste positie achter de Telekomtrein gekozen en springt nog over de Duitser in de laatste meters.

Met een welgemeend " YESSSS" viert hij deze mooie afsluiter van een op het eerste oog tegenvallende Tour.

De zege is nog mooier, gezien Robbie eerder in de rit nog onderuitgekegeld werd door Udo Bölts  en daar nog wat fysieke ongemakken aan overhield.



De zege wordt de opmaat voor een boel meer.
Geen absolute veelvraat zoals ene Cipollini, maar wel genoeg voor een mooie erelijst.
Daarbij neemt hij ook nog wel eens de groene trui mee naar huis, want als een echte Australier rijdt hij de bergen netjes over en bereikt hij Parijs.
Ook in 2004, met een gebroken ruggewervel, opgelopen in een val tijdens de eerste week.
Hij klaagt niet, verbijt de pijn,  wint en passant nog een paar etappes en ook de groene trui.




In de ritten waar Mcewen niet veel te winnen heeft, zoals een klimtijdrit op alpe d' huez, probeert hij toch nog wat lol te trappen.

Waar hij in de Tour wel voor de volle drie weken gaat  rijdt McEwen nooit de Giro uit, als was het de omgekeerde Cipollini.
Bijna elke keer pakt hij minimaal een rit.
Twee ritzeges in de eerste dagen levert hem in 2005 dan ook nog een dagje roze op, waarvan hij extra lang kan genieten in de grupetto van de bergachtige etappe die er op volgt.

Ondertussen is Vlaanderen het tweede huis van de sprinter geworden  en spreekt hij een aardig woordje Nederlands.
Dit levert uiteraard de nodige sympathie op , maar is sowieso gezien de Nederlandse en daarna Vlaamse ploegen waarvoor hij vaak in West-Europa uitkomt  uiterst handig.

Vlaanderen geeft hem ook veel terug in de zin van zeges in de Scheldeprijs, Dwars door Vlaanderen en vijfmaal Parijs - Brussel,  waarvan een heus kwartet van 2005 tot en met 2008.
Daarnaast is de liefde van Robbie ook, niet geheel verrassend, een Vlaamse.

Een andere vlaming helpt hem dan weer aan nog meer ritzeges: de razendsnelle Gert Steegmans.
De snelle loods staat een paar seizoenen aan diens zijde, helpt hem en soms bijna zichzelf aan de top, maar verhuist naar de concurrent,  wint daar een etappe  en probeert het later nog voor zichzelf.
McEwen heeft aan één man die hem op luttele honderden meters afzet genoeg  en niet een hele trein zoals een Cipollini, Zabel en Petacchi.
Vaak heeft hij niet eens die hulp nodig,  gewoon op eigen houtje en koersintelligentie zoekt McEwen zijn weg,  ook geholpen door baanervaring en zijn wendbare kleine rennerslijf.

In de chaotische sprints komt hij daardoor regelmatig als een kangoeroe naar voren geschoten, terwijl de mannen die hun trein missen ook de intuitie aan hun neus voorbij zien gaan.


Topvoorbeeld is de eerste rit in de Tour van 2007.
Robbie McEwen is in aanloop van de finale gevallen  en de Lottoploeg moet alle zeilen bijzetten om nog bij het razende peloton te raken.
Daarbij is het nog maar de vraag of de val niet teveel schade heeft veroorzaakt.
De concurrenten hebben ongetwijfeld vernomen dat de Australische favoriet is weggevallen en rekenen dan ook niet meer op hem,  zelfs niet wanneer deze op 5 kilometer van het einde weer aansluiting weet te vinden met het peloton.
Achteraan dat peloton zitten in deze fase van de wedstrijd is uiteraard ook nog altijd niet bepaald kansrijk te noemen.
De sprint wordt ingeleid door de trein van Zabel  en wanneer deze Zabel lanceert en de chaotische sprint ontvouwt is Mcewen nergens te bekennen, zo lijkt het.
Robert Hunter gaat vroeg aan, te vroeg zal blijken,  Davis volgt en daarachter onstaat gedrang.
Met een krappe 300 meter te gaan duikt er vanachter de brede rug van Tom Boonen een kleine renner in de kleuren van Lotto op:  McEwen is afgeschreven, maar niet door zichzelf.
Als een ware kangoeroe springt hij alles en iedereen voorbij,  Boonen probeert zijn verrassende opponent nog bij te halen,  maar is te laat.
Robbie McEwen wint
één van zijn fenomenaalste overwinningen.



De verdere Tour wijst uit dat vooral de adrenaline hem in deze op de been hield: de val heeft hem dusdanig geblesseerd dat hij weinig potten breekt,
In zijn poging om toch Parijs te halen rijdt hij eenzaam en alleen, met de bezemwagen in zijn wiel de bergen over, om te horen te krijgen dat hij een half uur buiten tijd binnen is gekomen: niks voor een aussie dat opgeven in de grootste ronde van het seizoen.

De daaropvolgende jaren raakt langzaam maar zeker de rek uit de kangoeroebenen  en raakt hij ook een paar keer betrokken in flinke valpartijen, waaronder de flinke val in de sprint van de Scheldeprijs in 2009.

Een verstandig besluit is het dan ook om dit jaar de fiets te verruilen voor een andere functie binnen GreenEdge, want het huidige sprintterritorium was al langer afgebakend door de nieuwe generatie.













zondag 20 mei 2012

La Cucina Rosa (la terza e l'ultima settimana)

Ik heb mijn buik vol van de matte koers die de Giro anno 2012 is geworden.
De laatste gang ligt zo zwaar op de maag dat men het bordje van de ander en zichzelf niet helemaal leegeet.
De restjes belanden weer bij de hond (Birillo?)  en dus moest ik maar op zoek naar wat meer pit in de streekgerechten van de laatste week.

Tappa 16: Limone sul Garda - Falzes


De zestiende rit leidt ons naar Zuid - Tirol.
Voer voor de punchers en om genoeg energie op te doen voor na de sprint bergop zijn er stevige knoedels, met spek.

Tappa 17: Falzes - Cortina d'Ampezzo


Vanuit Zuid - Tirol is er weinig andere keus dan bergen, bergen en nog eens bergen.
De Dolomieten vormen het decor voor de zeventiende rit  en de finish is in het dal.
Het gerecht van de dag moet de koers wat meer bite gaan geven: Vitello di mare al pomodoro.
De zogenaamde " zeekalf"  is een klein soort haai en na enige "ricerca"  ben ik er nog niet over uit of dit nog geserveerd (mag) worden.
Legaal of niet? het gaat om de bite en daarnaast: Nibali "Lo squalo dello stretto" is toch niet aanwezig in deze Giro.

Tappa 18: San Vito di Cadore - Vedelago

Tussen alle bergen in is er nog een vlakke etappe gevonden om even de batterij op te laden alsmede de vinnige sprintersbenen voor degenen die nog willen en kunnen.
Om morgen ook weer de bergen aan te kunnen is er plek voor een casual spaghetti, maar dan wel een Venetiaanse versie met pit.

Tappa 19: Treviso - Alpe di Pampeago

Flink klimmen is ook weer flink eten.
Zeker als je twee dagen op rij de fuoriclasse cols moet bedwingen.
De Trentijnen hebben dit begrepen en schotelen je de stevige winterse pizza voor genaamd Smacafam.
Hier kun je op weg naar de Passo dello Stelvio van morgen nog wel op teren.

Tappa 20: Val di Sole - Passo dello Stelvio

Het hoofdgerecht van deze Giro,  geen koninginnenrit maar meer een keizerrit met de Stelvio aan het einde die op het profielkaartje de immens steile Mortirolo degradeert tot een soort keutenbergje.
Om de roze trui nog geloofwaardig om je schouders te dragen is er maar een gerecht om dat te realiseren: de "machtige koningsrisotto"

Tappa 21: Milano - Milano


Tijdrijden als toetje, dat is geen luchtig gangetje.
Er moet nog 30 kilometer voluit gefietst worden, met al die zware beklimmingen in de dikke benen.
Na het uithijgen en een verfrissende douche  verdient deze Giro nog wel een espresso met de bekende amarettikoekjes.

Niet zo stil aan de overkant

Terwijl de Giro gaande is begon er afgelopen week aan de overkant van de oceaan een andere aardige wielerkoers, met een leuk deelnemersveld: de Ronde van Californië.

De meeste ritten hadden een vast stramien: het liep uit op een sprint, gewonnen door Peter Sagan, voor Heinrich Haussler en Tom Boonen.
Dit trio herhaalde dezelfde prestatie een aantal keer,  tenzij Boonen een lekke band had waardoor good old Fred Rodriguez die derde plaats opeiste.

Robert Gesink was ook naar  Californië gekomen om maar eens te tonen waar hij nu werkelijk staat.

Vorig jaar september zag het er namelijk allesbehalve rooskleurig uit voor de Varssevelder.
Op training een ongelukkige val gemaakt, bovenbeen gebroken en dus voor langere tijd uit de koers.
Sowieso al een van de blessures waar je als wielrenner totaal niet op zit te wachten, evenmin op de vraag of je nog zo goed bent na het herstel.

Gelukkig in zijn geval was de schade naar verhouding niet te groot en het herstel prima en putte hij nog wat extra kracht uit de geboorte van een dochtertje.

Zo was Gesink weer op tijd terug, om weer naar vermogen te kunnen koersen.
Voorzichtig begonnen in de kleine koersjes, meegedaan aan de heuvelklassiekers zonder echt mee te doen om de topposities omdat de fysieke gezondheid hem niet wilde meewerken.
Vervolgens is het dan maar zaak om in de juiste vorm te zijn voor de Ronde van Californië.

Hier de vraag hoever hij kon komen.
Na het voorspel van Sagan en Haussler  gingen de gordijnen opzij in de tijdrit.
In de tijdrit was het snel duidelijk dat het weer goed is met Gesink:  vierde op 39 seconden van specialist Zabriskie.

Hoge verwachtingen dan ook voor de aankomst bergop op Mount Baldy.

Chris Horner had veel tijd verloren en besloot dan maar om in de aanval te gaan met de Colombiaan Atapuma, in de hoop op nog een succes.
BMC deed achter het duo in de aanloop van de steile slotklim het beulswerk, om Horner niet voorbij Vangarderen te laten komen  en Rabobank wachtte eens netjes haar beurt af.

Aan het begin van de steile slotkilometers kon Rabo BMC aflossen, om met LL Sanchez, Tankink en Kelderman het tempo hoog te houden en er zoveel mogelijk mannen vanaf te rijden.
Een mooi vertoon van de ploeg, die na een mindere seizoensstart toch warmgedraaid is.

Nota bene de eerstejaars prof Kelderman bleef het langste over, tot Gesink besloot het tempo nog een paar tandjes omhoog te slingeren.

Zabriskie en Vangarderen probeerden nog aan te klampen, maar nee..  het was Gesinktime!
Geen enkele favoriet kon het verschroeiende tempo nog volgen  en ook Horner werd opgeraapt.

Atapuma was een lastigere kluif: het venijnige klimmertje werd bijna per centimeter bijgehaald  en pas in de laatste 500 meter was deze eraan,  hoewel de laatste bocht van Gesink wel bijna in de hekken leek te eindigen.

Vandaag volgt dan de, waarschijnlijk, ereronde van Beverly Hills naar Los Angeles.
Gesink mag hier zijn Yellow Jersey showen als was hij de herrezen ster.
Een ster die maar eens op hoogte mag blijven  en niet opnieuw vallen.

vrijdag 18 mei 2012

La Cervinia en Col de Joux

De Giro bevindt zich aan de vooravond van de slotweek en het gros van de bergetappes zit verborgen in de staart.

Te beginnen met de etappe naar Cervinia.
Het peloton passeert in de rit Turijn  en komt zo bijna automatisch wel de bergen tegen.
In deze rit worden er dan ook twee cols beklommen, na een vlakke aanloop.

De eerste van het duo cols is de Col de Joux (niet te verwarren met de Col de Joux-plane, toneel van diverse mooie touretappes, bij Morzine).
Col de Joux ligt, met zijn Franse naam gewoon in Val d'aosta, maar niet ver van Frankrijk en Zwitserland  en de renners beginnen aan de klim in Verres met een lengte van 22 kilometer tegen 5,7%
Vooral de lengte moet het doen, maar het feit dat er weinig steile passages zijn kan desondanks de wat mindere klimmers uitdagen tot een aanval.

Na de afdaling van de Joux komt het peloton vrijwel meteen aan de voet van de Cervinia.
Vanuit Chatillon wordt het 28 kilometer klimmen, waarin 1430 meter hoogteverschil gemaakt wordt.
Ook geen hele steile klim dus, maar wel behoorlijk lang.
Cervinia was tweemaal eerder aankomst in de Giro.

In de giro van 1960 won hier de vrij onbekende Italiaan  Addo Kazianka, voor latere Tourwinnaar  Nencini en Anquetil.

Iin 1997 was het Ivan Gotti die met zijn etappezege ook het roze pakte om deze in de laatste week van die Giro te houden.

donderdag 17 mei 2012

Fittie in de marge

Achter de strijd om de dagzeges en de diverse gekleurde "maglie"  is een kleine fittie ("ruzie" in het Nederlands)  ontstaan.

Fränk Schleck is gevallen (
één van de zeven tekenen dat er ergens koers is)  en speelt de zwarte piet met pleisters naar Alex Rasmussen.
Alex zou volgens de oudste Schleckbroeder zijn ploeggenoot een duw hebben gegeven, maar zelf in die actie snelheid hebben verloren.

Fränk zat er met zijn voorwiel bovenop  en kon dus weer opkrabbelen om te beginnen aan een achtervolging op het deel van het peloton waar men wel had opgelet (afgezien van Sacha Modolo in een bepaalde bocht).


Dit leidde blijkbaar tot wat frustratie en woede bij Schleck
die hij uitte via Twitter (ja, wellicht wordt mijn eerdere bericht toch waarheid).


schleckfrank twitterde op donderdag 17-05-2012 om 18:00:06 
Why nobody ask Rasmussen straight out if he gave a push to a teammate?i can turn the page but don t call it a lie Alex!


schleckfrank twitterde op donderdag 17-05-2012 om 18:18:22 
Sorry that Rasmusen had to wait for an other bike and couldnt win the stage,:)i dislocated my sholder yesterday,i ll take it day by day


F Schleck needs to learn about the laws of physics. If you choose to purposefully take out a rider, don't choose one twice your size.

Hierop reageerde  David Millar, die in deze tot op heden nog niet erg enerverende Giro wel zin had in een verzetje.

millarmind twitterde op donderdag 17-05-2012 om 18:14:55 
HOLY SHIT what's going on at the Giro? Are @schleckfrank & @AlexRazi going to fight? I really, really, REALLY want to watch if so.


Aangezien het kleine fittie nog gaande is: update volgt,  mochten Alex en Fränk nog besluiten om bij elkaar in het wiel te kruipen, of nog een vriendschappelijk potje te gaan kloppen.


woensdag 16 mei 2012

Met een Ferrari door de bocht

De rode trui draagt hij niet  en zijn stalen ros steigert doorgaans ook niet, hoewel figuurlijk het wel eens in de buurt komt.

Toch heeft de renner Roberto Ferrari wel wat gemeen met de bolides van wijlen Enzo en de zijnen.
Een beetje onbesuisdheid in het heetst van de strijd, waar Cavendish met name hardhandig kennis mee maakte dat overkomt een van testosteron en adrenaline bruisende Ferraripiloot ook wel eens.

Gelukkig weten ze ook regelmatig de Italiaanse Testa Rossa een beetje te bekoelen en scherp te blijven in de race.
Zo is het mogelijk om toch strak door de bocht te gaan en de paardenkrachten goed tot zijn recht te laten komen in de rechte lijn.

Ook Roberto,  die na zijn ongelukkige manoeuvre in Horsens uiteraard een boel kritiek kreeg.
Zelf niet gevallen, maar wel een geblesseerd imago.

Van deze fout had hij  geleerd, even wat ritten geoefend om er goed bij te zitten en geen crashes te veroorzaken.
Elke sprint is een nieuwe kans  en in Montecatini Terme zou er een Italiaanse aankomst zijn  met  de gebruikelijke bochten in de laatste kilometer.

Twee etappes eerder ging het al mis in een bocht omdat renners dachten dat ze "sempre dritto"  moesten  en wat paniek veroorzaakten.
Nu kon men al een keertje kijken naar de slotkilometers daar er een plaatselijke omloop was gelegd.
Blijkbaar deed Roberto dit als één van de besten, want een rondje verder zit hij op de juiste plaats.
Modolo valt dit keer,  Cavendish wordt ook gehinderd  en de gevallen Modolo blokkeert het uitkomen van de bocht deels voor de mannen die dachten op snelheid uit te komen op de rechte lijn.

Ferrari heeft vervolgens het rijk vrijwel alleen om zijn steigerende ros als eerste de meet te laten passeren.


dinsdag 15 mei 2012

Saaie koersen: een combinatie van parcours en weinig aanvallers?

Het voorbije klassieke voorjaar werd er vaak geklaagd over de saaiheid van bijna elke wedstrijd  en ook in de Giro is het niet veel anders.

Misschien zijn wij wielerfans verwend door  mannen als Marco Pantani, Riccardo Ricco, Emanuele Sella, Alexandre Vinokourov en Michael Rasmussen die na een aantal mooie staaltjes aanvallen en ook winsten jammer genoeg tegen de dopinglamp botsten.

De klassiekers zijn niet veel saaier geweest dan afgelopen jaren: nu stak Tom Boonen met kop en schouders boven de rest uit op de kasseien en viel zijn grootste concurrent letterlijk weg.
Vorig jaar was dan Gilbert weer in de andere klassiekerhelft te sterk  en in 2010 zagen we Cancellara weer domineren in vlaanderen en Noord Frankrijk.
Dat is overmacht, in de letterlijke en figuurlijke zin.
Ook in de grote ronden zijn er jaren die compleet werden gedomineerd door een oppermachtige renner met dito ploeg.

De Amstel Gold Race loopt, sinds men de eindstreep op de Cauberg heeft gelegd, in de meeste gevallen uit op een wedstrijd van lang wachten, tot zelfs halverwege de Cauberg zelf.
Het spectaculairder willen maken van de Race werkt blijkbaar averechts: de wedstrijd is simpelweg te zwaar geworden door de opeenvolging van steile heuvels, met de nadruk op de laatste 30 kilometer.
Hierdoor  gebeurt er in veel gevallen pas in de laatste 10 kilometer iets,  of zelfs pas in de laatste 500 meter.

De Ronde lijkt met het nieuwe parcours een zelfde lot beschoren, terwijl daar voorheen juist het, niet te lange, maar wel vrijwel vlakke stuk na de Bosberg en de Muur uitnodigde om eerder in de aanval te gaan.
Nu was iedereen afwachtend, want hoeveel pijn doet drie keer Paterberg en Oude Kwaremont achtereen na bijna 250 kilometer koersen?

Milaan - San Remo heeft wonderbaarlijk genoeg met een kleine aanpassing van het parcours niet meer de voorspelbare massasprint en Luik - Bastenaken - Luiks finale kreeg een nieuwe impuls door de Roche Aux Faucons in plaats van Sart - Tillman.
Beide wel klassiekers die niet op een steile heuvel eindigen.

In de grote rondes is het hetzelfde geval: met name de Giro heeft een handje van het zo spectaculair mogelijk willen maken van het parcours met steile klimmen en/of onmenselijk zware bergetappes.
Dit jaar liggen deze koninginnen -en keizerritten ook nog eens klaar voor de laatste week.
Geen wonder dat de klassementsmannen zich dan ook vrij koest houden, met de angst dat ze eerder de trappen teveel doen die ze in die zware slotweek met rente terugvoelen.

Ook in de andere ronden zie je het wachten tot het laatst telkens terugkomen en het is sowieso niet te voorkomen,  tenzij de organisatie misschien juist de zware bergritten zoveel mogelijk mijdt en/of beter verspreidt over drie weken.

In plaats van vijf aankomsten op een buitencategorie col kunnen er ook door ritten door middelgebergte  en aankomsten net na een afdaling gelegd worden (maar dan niet zoals de Tourdirectie regelmatig deed: na wat mooie klimmen een ellenlang vlak stuk leggen waarop men ook niet wordt uitgenodigd om nog te gaan aanvallen).


Ook in dat geval maken de renners de koers  en kan het niet iedere dag feest zijn in een grote ronde, tenzij je doping vrij gaat stellen.
In dat geval kun je ook spektakel verwachten, maar dan niet in de vrolijkste zin van dat woord.






zondag 13 mei 2012

La cucina Rosa (la seconda settimana)

Met een internationaal gedeelde roze trui (een Amerikaan, Canadees, Litouwer en gelukkig voor het thuispubliek ook een dagje Italiaans bezit)  is het een Prima Settimana die smaakte naar tutti frutti.

De tweede week en een tweede boodschappenkar vol aan gerechten.

Tappa 9: San Giorgio del Sannio - Frosinone

Vanuit het zuiden gaat het peloton naar de hoofdstad van Lazio,  over vlakke weken.
De overgebleven sprinters kunnen hier nog proberen om het Cavendish moeilijk te maken  en de winnaar mag proeven van het, door de rondechefs aangeboden lokale gerecht uit de stad: Frittata alla Ciociara

Tappa 10: Civitavecchia - Assisi

Na de vlakte is het weer voor de Rodriguezzen, Scarponi's en Pozzovivi onder ons: aankomst op een heuvel in een bekend bedevaartsoord.
Met al die bouwkundige en culturele erfstukken en heilige kerken is een juweeltje wel nodig om het dagmenu te versieren.
We gaan voor de " Faraona alla ghiotta", ook wel: Parelhoen.

Tappa 11: Assisi - Montecatini Terme


Van het heilige Assisi naar de Toscaanse thermaalbaden van Montecatini Terme.
Een paar heuveltjes worden bedwongen, maar het einde is vlak.
Hoewel men Montecatini Alto links laat liggen kun je ook naar grote hoogtes stijgen als de kok een verkeerde "paddenstoel"  toevoegt aan de verkwikkende Fettuccine ai funghi porcini

Tappa 12: Seravezza - Sestri Levante

In de twaalfde etappe doorkruist het peloton het bergachtige binnenland van Toscane  om beneden,  aan de kust het kamp weer op te slaan.
Ook nu bereiken de renners weer een andere streek: Liguria.
Er is nog eekhoorntjesbrood over  en daar voegen we, omdat we immers aan de kust zitten,  tonijn aan toe, een vino bianco en de nodige andere smaakmakers.
Voor de sterke koersverhalen tijdens het diner nuttigen we dit in de Baia delle favole (fabeltjesbaai).

Tappa 13: Savona - Cervere


Vlak voordat we aan een zware slotweek beginnen is er nog een vrij vlakke etappe.
Tijd voor een gerecht om in de bergen nog een jump te kunnen plaatsen: Risotto met kikkerbilletjes.
Ook de bekende " grissini"  mogen niet ontbreken.

Tappa 14: Cherasco - Cervinia


Om na aankomst boven weer een beetje op krachten te komen en warm te blijven  heeft men eens de Zuppa de Valpelline bedacht.
Deze soep is lekker stevig en goed voor een koude winterse dag in de bergen.
Of het ook daadwerkelijk koud is tijdens de veertiende rit is nog maar de vraag, maar in de bergen kan wat warms nooit kwaad.

Tappa 15: Busto Arsizio - Pian dei Resinelli


La seconda settimana kent een fine settimane met veel klimwerk.
Voor vandaag staan er 5 hellende gangen op het menu  en nog een uitsmijter uit de Lombardische wateren: alborelle.
Deze visjes worden in zijn geheel in een krokant jasje gestoken en gefrituurd.
Te serveren met polenta en citroen.

vrijdag 11 mei 2012

Dragging old Cow(boys) out of the ditch

Lance is het moe.
Al sinds hij voor het eerst een gele trui om zijn schouders kreeg zitten de dopingjagers hem op de huid als lastige vliegen voor een cowboy die op de ranch even een tukkie wil doen.

Stuk voor stuk werden zijn concurrenten betrapt,  terwijl Lance door de mazen bleef kruipen, zoals hij in zijn Tours ook telkens uit zware valpartijen of andere cruciale tegenslag wist te blijven  en zijn concurrenten dat niet altijd even goed wisten te doen.

Hoewel zijn allerlaatste zege uit 2005 stamt zijn er nog organisaties die hetgene wat de wielerfan eigenlijk wel weet en voor lief houdt (ook nooit gepakt worden is een prestatie!)  graag zwart op wit willen zien.

Lance heeft de zaken om zijn persoon en alle aantijgingen die komende juli hun 13-jarig jubileum vieren wel gehad.
Het USADA is nog bezig met een zaak tegen The Boss  en Lance heeft zoiets van "I don't give a damn fuck anymore",  laat ze maar hun gang gaan als ze zo graag hun gram willen halen.
Dan misschien maar een Tourzege minder op mijn palmares, maar hij gaat niet meer lopen vechten.

Een Tourzege die in een dergelijk geval gaat naar een man als Basso, Klöden, Beloki, Ullrich of Zülle.
Daar zal hij vast wakker om liggen,  met de wetenschap hoe schoon deze mannen zijn gebleken.
 

Voor hem blijft zo'n zege wel tellen,  hoe hard anderen dat ook uit willen gummen  en daarnaast is hij nog altijd de topwinnaar wanneer het USADA alsnog eentje uit de lijst schrapt.
Nog malen beter dan de concurrenten die ongetwijfeld met gelijke wapens streden.

woensdag 9 mei 2012

De Giro, een jaar geleden.

Op het eerste oog lijkt het een gewone etappe voor de Giro.
Een rit die wat weg heeft van Milaan - San Remo, met een lange valsplatte klim, gevolgd door een snelle afdaling  en wat kleine heuveltjes  alvorens de finish wordt bereikt in een kuststadje: Rapallo.
Meer "Giro" kun je het eigenlijk niet krijgen.

Lange tijd gebeurt er ook niet veel noemenswaardigs:  het zonnetje schijnt,  publiek staat af en toe te klappen en te juichen naast de weg, renners keuvelen wat en een kopgroepje met wat leuke renners die een leuke finale kunnen rijden krijgt de ruimte om er vandaag het beste van te maken.

Het peloton neemt op een redelijke afstand van de vluchters de Passa del Bocco  en daalt af richting de finale van dag drie.
Het is het soort snelle afdaling die ze nog wel vaker krijgen voorgeschoteld  en de kans geeft om de benen even te strekken,  misschien zelfs een energiereepje aan te spreken om goed door dat laatste deel van de etappe te raken.
Overmorgen zijn namelijk de strade bianche  en dan kan er echt gekoerst gaan worden.

De wielerfan volgt het schouwspel als een aanloop naar hopelijk een mooie strijd die wel eens op die strade bianche kan beginnen  en als aanloop naar die roze droom  wie weet ook wel een leuk einde van deze etappe.
Heuveltjes en afdalingen in het einde beloven wel eens een leuke aanval vanuit het peloton, of anders wel in de kopgroep.

Zou Contador een serieuze concurrent kunnen BAM..  een renner ligt ergens op de grond, op een vreemde manier die verraadt dat het niet de dagelijkse valpartij "zonder erg"  is.

Met een klap valt het wielrennen van de dromerige roze zijde  naar de keiharde realiteit.
De roze wolk is veranderd in een donkere donderwolk.

Plots  geen vraag meer wie om de rit kunnen strijden, of om een trui met een bepaald kleurtje, maar wie daar zo lelijk is gevallen en belangrijker nog: gaat het nog goedkomen met deze jongen?

De strijd vooraan minder belangrijk dan de strijd om een mensenleven.
De koers wordt niet meer bekeken, maar wel het commentaar en alle andere mogelijke nieuwsgaring nauwlettend gevolgd.

Wouter Weylandt wordt lang gereanimeerd, maar het mag helaas niet baten.

Niet alleen nummer 108, maar ook het persoon achter dat startnummertje is niet meer.
Een zwangere vrouw blijft achter..

Haar kind kan nooit van zijn vader horen hoe hij door waaiers en vallende renners te trotseren de derde etappe won in de Giro van 2010, maar zal te horen krijgen hoe de derde etappe van een jaar later een jaar  van verschil tussen vreugde en verdriet kan zijn.




dinsdag 8 mei 2012

Giro over de plas

De Girokaravaan is weer vanuit Denemarken aangekomen in het laarsvormige oude nest aan de Middellandse zee.
Een flinke reis zou je inderdaad zeggen, maar als het aan de capo di tutte rose  Michele Acquarone ligt kan het nog wel wat verder:  de USA.
Dat is nog wat anders dan klimmetjes over onverharde wegen en ritten over strade bianche.

Het Intercontinentale plan lag al een tijdje op de tong van diens voorganger Zomegnan  en is buiten het willen en roepen dat het gaat gebeuren nog niet concreet.
De crisis helpt uiteraard ook geen handje  en de vraag is natuurlijk of het sowieso wel meer toprenners zal trekken.

Voor een deelnemersveld met veel toppers ligt de Giro nou eenmaal te kort op de Tour  en is iedereen bang om net als een Contador vorig jaar nog te vermoeid te zijn in juli.
Bovendien is voor veel niet-Italianen iets als de achtste plek in de Tour belangrijker dan een leuke Giro rijden.

Mocht de Giro ooit de plas oversteken en het roze kamp in de VS opslaan  dan zal iedereen een week te voren aanwezig moeten zijn om niet op de eerste dag nog met een jetlag in de benen te koersen.
Ook na de terugvlucht zal er vanwege de jetlag een paar dagen rustigjes aan gedaan worden met wat kortere en relatief vlakke etappes.

Of dat ook echt de Giro meer elan gaat geven is niet waarschijnlijk.
Ook wordt Ronde van Californie doorgaans gehouden rond deze tijd van het jaar  en de renners die toch al in de USA gingen koersen trekken daar heen.



maandag 7 mei 2012

Twitter tijdens de rit



Wielrennen anno 2013.
Een koers is gaande  en de veelbesproken oortjes horen niet meer in de koers.
Wel zijn vele ploegen uitgerust met een smartphone,  ingebouwd in de fietscomputertjes.

Hele ritten lang staan we in verbinding met de renners via twitter  en de renners uiteraard ook met elkaar.
Dat levert buiten de fysieke strijd ook een leuke virtuele veldslag op.

We situeren een lange saaie Vuelta etappe door een woestijn.

dzabriskie: liquigasboy in front of me looks like a #camel with all that foodstuff in his bags, hope he doesn't literally have #liquigas like Haussler 2 days back when he ate that "prraella"

Maciejpaterski @dzabriskie:  I'm feeling a bit sick, don't get your nose too close to my "wheel".

Heinrichhaussler @dzabriskie: I almost beat cav that day, sure it worked like the steaks we used to eat at #tdf.

Markcavendish @ Heinrichhaussler: Even if you eat all the "prraella" Spain can produce in one day you can't beat me, except in case that Italian twat kicks me off my #bike.

dzabriskie @ Maciejpaterski: Geez, I smell something,smell reminds me of tour of Beijing where every meal is like having a sneak (snack) preview in a petshop.

Heinrichhaussler @ Markcavendish:  This race ain't over, my kangaroo-like sprinting will payoff today, feel like in the outbacks here.

pipo_pozzato: OMG just saw one spectator, a girl looking like a #camel after a good refresh at the oasis,  on the right side of the road.

dzabriskie: What? where!?  (retweeted by 150 others)

Markcavendish:  pippo is gone!  he just got us all #loony

F_cancellara @ Markcavendish: There he is,  a few 100 meters in front of us,  trying to escape.

geraint_thomas @ Mark Cavendish: What a way to get into the final lol

CadelEvans: You guys have no sense of humour..

pipo_pozzato @ CadelEvans:  Hey, it seems like the loner wants to say something!  btw: did you ever see a girl?

Markcavendish @ pipo_pozzato:  I guess he never did

CadelEvans @ pipo_pozzato: what about my wife #chiara?

pipo_pozzato@Markcavendish:  says the boy who was born in a place called "Isle of man", I mean when you just  say that name 10 times in a row #gay

pipo_pozzato @ Cadelevans:  You actually look like brother and sister and ehh you adopted a child?!  do you also sleep separated or what?

Johanvansummeren:  dear ladies,  can you have these conversations in the bathroom, while varnishing your nails please?  it's hot enough out here.

F_cancellara: Pippo still in front of the race, while twittering like a #camel on speed.

pipo_pozzato @ Johanvansummeren: oh dear,  the granny has spoken.

CadelEvans @ pipo_pozzato: What about you,  always talking about chasing chicas and getting laid, but did you really get pussy  or is it screaming from behind the closet door?

Johanvansummeren @ pipo_pozzato:  Wait, I'm catching you with 8 seconds a km,  what granny? :)

MarkCavendish @ Pipo_pozzato: Lol,  this boy is calling me #gay?

Marcelkittel:  NOES,  looks like I get a puncture #final 5 km

Markcavendish @ Marcelkittel:  oh no,  looks like you don't get the second place today :(

BramTankink: Someone's big ego smells worser than @Maciejpaterski's beggo.

pipo_pozzato @ CadelEvans:  Lol,  you pussy  hiding yourself in the back of the pack, meet me after finish  to get a proper Italian conversation!

pipo_pozzato @ Markcavendish:  look at yourself, talking' bout fairy play.

geraint_thomas @ johanvansummeren:  good work ;)  and thanks to @pipo_pozzato for driving the opponents mad.

Markcavendish @ pipopozzato:
A bit jealous?  I mean, when did you win your last race?  before or after Longo rode her first race?

dzabriskie: like these rows!  200 km in wasteland gone fast like a yellow jersey meeting fence on a TTT

Michiel_Elijzen @ Markcavendish:  If pipo won a race before Jeannie rode her first  he probably is the one who invented the wheel.

Markcavendish: 1 km to go, good work @bernhardeisel now @geraint_thomas launch me @500 m

Heinrichhaussler: have mark's wheel #betterpositionthanyesterday

Theo_bos: survived #lastcorner now @ wheel of @Heinrichhaussler

Heinrichhaussler @ Theo_bos:  nice joke, does this tarmac taste sweeter than the cobbles of #last stage?

John_degenkolb: first you have to get in front of me you pussies!

Markcavendish: wait what!?  didn't count on @Theo_bos staying on his bike..

Heinrichhaussler @ Markcavendish: watch me passing your assie on the left ^^

Theo_bos @ Markcavendish: you didn't expect that, now keep a good look on my nice back wheel ;)

Theo_bos: YEEEAAAAAAH!!! #victory

Heinrichhaussler: WHAAAT!?   didn't he crash?

Heinrichhaussler @ Markcavendish:  I still beat you without #prrraella

Markcavendish @ Heinrichhaussler: Congrats, you're still first of all losers :)








Horsens - Horsens met een zwart randje

De laatste rit in Denemarken  zou al een rit worden met een eerbetoon.
Op de derde dag van de vorige Giro liet Wouter Weylandt het leven na een zware valpartij en dat wordt een jaar later herdacht.

Nabestaanden van de Belg zijn naar Horsens gekomen.
Ze krijgen een speciaal arrangement  en ook de kans om de prijzen uit te delen na afloop van de etappe.

Dan blijkt dat niet alleen Wouter herdacht kan worden, maar ook de burgemeester Jan Trojborg van Horsens.

Gisteren werd de toerversie verreden van de etappe Horsens - Horsens  en ook de burgmeester was aanwezig om met het goede weer een middagje in de regio van zijn stad te fietsen.
Plots is de beste man ten val gekomen en reanimeren mocht niet meer baten.
Een hartinfarct blijkt de 56-jarige burgemeester fataal geworden.



zondag 6 mei 2012

De kop eraf met Taylor.

Michele Scarponi genoot uitgebreid van zijn erfenis in Herning.
Contador was geveld door de foute steak  en Michele kreeg zijn overwinning uit 2011 achter de roze tafel.
Een toptijd werd het dus bij lange na niet.

De echte toptijden waren weggelegd voor specialist Taylor Phinney,  gevolgd door Geraint Thomas en thuisrijder Alex Rasmussen.

Qua favorieten is het op tijdritvlak vrij mager te noemen.
Ryder Hesjedal werd zeventiende en is in de verdere Giro een leuke outsider,  Kreuziger deed het nog wat minder, maar lijkt wel in opbouw naar meer.
Echter was hij in het verleden erg sterk in die korte tijdritten.
Ivan Basso eindigde slechts enkele plekken en seconden achter hem en die was nooit een held in dat explosievere werk.

Ook vandaag gaat het van Herning naar Herning, maar dan via een veel langere weg.
Kans op waaiers is aanwezig aangezien het parcours niet veel anders is dan in het westen van Nederland. 



vrijdag 4 mei 2012

La Cucina Rosa (la prima settimana)

Na een dag koers is het lichaam toe aan een flinke maaltijd.
De heren renners eten doorgaans veel pastas en andere goed vullende en energierijke etenwaren.

Voor de gewone liefhebber, die wel eens fietst en verder de koers in de luie stoel volgt  is er een alternatief giromenu.
Drie weken lang genieten van de streekgerechten uit de plaatsen die worden aangedaan in de Giro.

Etappe 1: Herning - Herning


Om bij te komen van een korte tijdrit door en rond de stad is een Deens palingbroodje wel een aanrader.
Naast de paling wordt het broodje belegd met uien, peper en zout.
Het broodje wordt besprenkeld met witte saus  en bij voorkeur geserveerd met een portie aardappelen.

Etappe 2: Herning - Herning


Na de eerste vlakke etappe in lijn een oud gerecht uit Jutland om na te genieten van de massasprint  en misschien ook het gebeuk tegen de wind met eventuele waaiers.
Pramdragergryde is een gerecht met grote stukken vlees, grof gesneden groenten  en wordt geserveerd met aardappelen en spek.
In combinatie met het vlakke land en de mogelijke waaiervorming zou je meteen denken dat we in de tweede etappe van de Giro in 2010 zaten.

Etappe 3: Horsens - Horsens

De laatste dag Denemarken kent hetzelfde recept: vlak,  kansen op waaiers en vooral ook op een massasprint.
Er wordt gezegd dat er op Jutland meer varkens leven dan mensen, maar de kans is klein dat er eentje zal ontsnappen, voor de wielen van het peloton terechtkomt  en in een varkensrolletje raakt.
Wel komt het dier terug in de schnitzel uit het recept voor varkensrolletjes.

Etappe 4: Verona - Verona


Na de rustdag waarin het peloton naar de laars wordt gevlogen  is het tijd voor een zwaarder onderdeel in de wielersport: de ploegentijdrit.
Na zo'n intensieve middag kan er wel weer vis vanaf, aangezien we in de kustprovincie Veneto zitten.
De vis (ansjovis in dit geval) gaat samen met een dikke spaghettivariant: Bigoli.

Etappe 5: Modena - Fano

Op krachten gekomen door de stevige pasta  is er een vlakke rit om weer langzaam in het koersen door Il bel paese  te komen.

Fano is een kustplaats aan de Adriatische zijde van Italië, in de regio Marche.
We kiezen vandaag voor een lekker nagerecht, om aan de zonnige kust te nuttigen: lattaciolo.
De naam verraadt het al een beetje: er zit melk in  en het is een taartje,  uiteraard al forno.
Citroen, met basterd -en poedersuiker,  plus een vleug kaneel  maken het een lekkere zoetzure verwennerij.

Etappe 6: Urbinio - Porto Sant'elpidio


Vandaag is het weer behoorlijk op en af: de kust van de Marche wordt verlaten en de mooie, heuvelachtige binnenlanden worden aangedaan.
Hier zullen de renners ongetwijfeld ook langs de olijfgaarden rijden, wat de aanleiding is voor een voorgerecht met deze vruchten:  Olive Ascolane.
De olijven worden gevuld met een mengsel van kipfilet, ui, ontbijtspek, knoflook  of andere ingredienten naar wens.
Om de olijven komt een (niet roze, maar je kunt nog wat proberen met kleurstoffen) jasje van deeg  en vervolgens gaat het in de frituur.

Etappe 7: Recanati - Rocca Di Cambio


Na een bergachtige etappe, waarin de finish ook boven ligt is een stevige maaltijd wel aan te raden.
De Marche is weer verlaten  en we zitten midden in de laars,  nabij L'aquila.
Mocht je vierkant draaien in de Abruzzen  dan is er deze toepasselijke pasta voor je vandaag.

Etappe 8: Sulmona - Lago Laceno


Opnieuw een bergje vlak voor de finish, in het zuidelijke Campania.
Campania heeft als bijnaam " campania felix":  het gelukkige land.
Waarschijnlijk is het varken uit het bijhorende gerecht ook na een gelukkig leventje klaar om geconsumeerd te worden.

Roze Denen

De Giro is ondanks de schoonheid niet voor veel grote klassementsnamen een prioriteit, alleen al omdat de meesten bang zijn teveel te moeten geven alhier,  om straks in de Tour de rekening gepresenteerd te krijgen.
Dat zagen we vorig jaar bij Contador, toen hij zich waagde aan de dubbel, maar ondanks relatieve rust in juni  nog altijd de zware Giro in zijn benen voelde toen hij in juli  de bergen wederzag.

De Gran Partenza in het Deense Herning is niet een hele vreemde keuze als het gaat om een start in het Deense.
Herning heeft namelijk een aardige wielerhistorie met de GP Herning, die ironisch genoeg dit jaar geen sponsoren meer kon vinden  en dus geannuleerd werd.
Naast de GP werd er in het verleden ook jaarlijks een zesdaagse gehouden  en is het vruchtbare wielergrond gebleken met onder meer Bjarne Riis, Michael Blaudzun, Nicki Sørensen, Brian Vandborg en Martin Mortensen  die in deze stad werden geboren.

Thuisrijders kunnen uiteraard vooral bij de ploeg van Bjarne Riis gevonden worden:  Anders Lund, Jonas Aaen
Jørgensen, en Mads Christensen,  terwijl ook Lars Ittyng Bak  van start gaat.


De eerste rit is officieel geen proloog meer te noemen, want de renners moeten 700 meter verder tijdrijden dan de maximale afstand die een proloog mag hebben.
In het begin is het parcours nog vrij technisch, maar de laatste kilometers kan de gaskraan open, wanneer er nog slechts enkele bochten te nemen zijn.




dinsdag 1 mei 2012

Italiaanse cultheld: Mario Cipollini

Rap was en is hij,  met zijn benen en zijn mond.
Met het verwisselen van outfits, fietsen, vrouwen en ook zijn bolides om buiten de koers gezien te worden.

Leggen.. aspetta.. MARIO!  kwam al winnen in de Giro in 1989 en vanaf dat jaar deed hij in een tijdspanne van 14 jaar  dat kunstje 41 malen dunnetjes over,  eentje beter dan legende Alfredo Binda.

Alleen in 1993 en 1994 startte hij niet, maar als hij deelnam won hij ook een aantal ritten, met het ogenschijnlijke gemak van de playboy puro sangue.
In tegenstelling tot zijn Tours reed hij er ook een aantal uit,  want Milaan halen voor een man als Mario is gewoon een must.

Jean-Marie Leblanc was ook niet zo gecharmeerd van Il Re Leone, aangezien hij in de Tour de eerste week onveilig maakte met zijn trein,  etappes en geld binnensleepte, om dan bij het aanzien van de eerste bergen de bicicletta aan de kant te gooien voor le donne e la spiaggia.

Naast bergen (de rotsachtige welteverstaan) die hij liever meed  waren er natuurlijk ook de onvermijdelijke prologen,  ook niet iets dat Mario lag.
Echter sprak hem natuurlijk wel het individuele deel aan: iedereen komt een voor een aan bod,  dus Mario en vrienden uit de modewereld konden hun creatieve ei wel kwijt in het esthetische deel van de korte tijdrit.

Aparte dessins, tijgerprints inclusief klauwen, een ritje tutti in rosa of een fietsende versie op Robbie Williams' Rock DJ  passeerden zo de revu.
Niet alleen om zelf op te vallen, maar ook om gewoon het wielrennen een spektaculairder imago te geven.
Weg met de stoffigheid en de saaie pakjes:  wat meer rock 'n roll kan geen kwaad.
Sex heb je er met Mario ook gratis bij  en de drugs was al nadrukkelijk aanwezig.



Naast de proloogparades kwam Cipo ook ooit in een Tour  opdraven in een compleet Romeins kostuum.
Het was namelijk zoiets als de 2100e geboortedag van Julius Caesar  en ook dat moest maar gevierd worden.

Zijn laatste ploeg, waar hij in 2008 zijn korte come-back beleefde,  was op zich wel een passend slot aan de fietsende loopbaan:  Rock Racing.
Deze ploeg is van een even extravagante multimiljardair genaamd Michael Ball.

Een ploeg waarin Cipollini nog wel wat jaren had kunnen verslijten, druk communicerend over het koersverloop, de rondemissen of de suffe pakjes van collegae aan de volgSUV en proberen nog wat sprints te winnen in het oogverblindend fluoriscerend groen met zwart, inclusief doodshoofd.





Giro d'Italia 2006: Ivan de "verschrikkelijke"

Topfavorieten aan de start van de Giro 2006 waren naast Ivan Basso  ook de regerend winnaar Savoldelli, Cunego, Simoni, Rujano.

Voor Jan Ullrich was een figurantenrol weggelegd,  want hij was nog wat te zwaar en kwam in de Ronde van Romandie nog veel tekort.
In de Tour zou het nu wel allemaal goedkomen met Der Jan, zo was in elk geval beloofd.

Het zwaartepunt van de Giro ligt in de laatste week: dan zijn er eigenlijk constant loodzware bergetappes, met als hoogtepunt die naar de Kronplatz.
Waar in 2005 de Finestre al opzien baarde, is deze klim de overtreffende grindtrap van de Finestre.
Met onmenselijke stijgingspercentages en verhalen van renners die een verkenning deden die wellicht beter vlak voor de beklimming de racefiets zouden kunnen verwisselen voor een crossfiets met een triple.

Waalse Antipasti


In de beginfase deelt titelverdediger Savoldelli de tikken uit: winst in de proloog, bij de voorsten in de aankomst op de Citadel van Namen  en dus goed bij de pinken na al een prima Ronde van Romandie.

Echter: de Giro 2006 is er eentje waarin je pas in absolute topvorm dient te zijn in de laatste week.
Deze laatste week (als we de vlakke rit naar Milaan op de zondag niet meetellen en een vlak tussenritje) bevatte in 6 etappes voor het gemak de Monte Bondone, Pordoi, San Pellegrino, Fedaia, Staulanza, Grand St. Bernard, Simplonpass (Sempione), Tonale,  Gavia, Mortirolo en het hallucinante geitenpad van de Kronplatz.
Om over de beklimmingen die niet steil en/of tot hoge hoogtes leidden nog maar te zwijgen.

Na de vroege rustdag is het peloton terug in Italie alwaar de ploegentijdrit de eerste scheurtjes lijkt te gaan vertonen in de Giro van Il Falco.
Discovery is zonder Armstrongformatie 39 seconden te klein voor CSC en de net iets tragere T-mobile, waar het Lampre van Cunego nog minder in de melk te brokkelen heeft en een dikke minuut verliest en Simoni mag bijna anderhalve minuut bijschrijven.
Gontsjar neemt daar de roze trui.

Markse secondi


Het voorspel voor de eerste aankomst bergop ligt in het op en af gaande Le Marche.
Waar Rik Verbrugghe in de hellende straten van Saltara op hangen en wurgen zijn dagzege redt is Savoldelli tweede, maar zijn uitdagers Basso, Simoni en Cunego blijven nu goed in zijn spoor, maar rujano bleef bij Der Jan in de buurt,  op achterstand van de knikkers.

Basso oogde bovendien erg fris in de etappe:  hij zat bijna letterlijk te lachen in de zwaarste beklimming van de dag, terwijl de rest al redelijk zat te puffen.
Alsof Ivan nog wel een rondje Marche kon doen, om maar niet met de wetenschap van nu te zeggen waarom hij dat zo makkelijk deed.

Met de scherpe Savoldelli, de lachende Ivan, de immer gevaarlijke Simoni en Cunego die ook goed oogde  komt een eerste serieuze test in beeld: de Passo Lanciano.
Na een lange vlakke aanloop die de brute omschakeling voor veel klimmers nog aardig pijnlijk kan maken, dat wel.
Het tempo ligt hoog, langs de kust  en dat tempo wordt er ingehouden als het peloton de slotklim opdraait,  weliswaar lagere snelheid, maar het blijft wel een strak tempo dat bepaald wordt door Basso's teamgenoot Sastre.
Carlos beukt met zijn tempo, zonder een noemenswaardige aanval door tot er nog een elitegroepje over is, zonder Gontsjar en Rujano.
De laatste komt er even verderop toch weer bij om zijn stuivertje te wisselen met.. Savoldelli.
Zijn sterke eerste week moet de valk nu al terugbetalen en een afdaling volgt ook niet meer.

Naast het passen van de Valk doet Di Luca een elastiekje aan het achterwiel van Rujano, maar de rek gaat er eigenlijk steeds verder uit.
Rujano heeft het elastiek ook doorgeknipt, want hij rijdt brutaal een paar meter voor de groep nadat Sastre wat begint in te zakken.
Het is ook het sein voor Cunego om maar eens te kijken wie hem kan volgen.
Damiano krijgt net als Rujano wat meters, maar Basso rijdt er ala Ulle op tempo heen.
Wat er volgt is niet eens wat er normaalgesproken vaak gebeurt: twee toppers die elkaar vinden, naar elkaar kijken  en nog wat kilometers pokeren.

Al contrario!
Ivan rijdt maar meteen door, zonder dat Cunego ooit maar lang in dat achterwiel kon blijven hangen.
Aan de finish is dit een halve minuut, voor Cunego en outsider Enrique Guttierez.
De rest gaat al richting of over de minuut.
Overmacht ten top, maar met de inzinking van 2005 in het achterhoofd op de Stelvio  en het slot van de Giro nog vrij ver weg was natuurlijk nog niets zeker.



Zware Primi

In de aanloop voor die gevreesde week is er nog een tijdrit in de omgeving van Pisa.
Ivan Basso neemt het op tegen een leger favorieten die zowaar nog slechter zijn dan hem in die tak van sport.
Bij CSC kan echter iedereen tijdrijden  en zo ook de mooie Ivan,  zijn tijdrit is zelf zodanig dat er maar een renner sneller is gebleken:  Jan Ullrich.
Der Jan had zich netjes uit laten zakken in de bergen, maar ging toch even een tijdrit aangrijpen om zijn vormpeil te checken.

Concurrent met minste schade in de tijdrit: Savoldelli, met bijna een minuut op Basso, terwijl Cunego maarliefst 5 minuten langer over de 50 kilometer doet.

Ouderwets afzien wordt het in de rit naar La Thuile, die als inleiding van de Week fungeert.
Waar het weer zich regelmatig van zijn slechtste kan laat zien  is er de gemene klim van de Colle San Carlo  die Rujano en maatje Serpa wel goed liggen.

Zij mogen van Ivan even spelen, voordat  Ivan Basso in zijn roze tricot de rest van de voorwachten achter laat in de regen.
Dtimaal kan alleen Piepoli bij hem blijven, die dan in de kletsnatte afdaling naar La thuile meer risico durft en kan nemen.

Voor Basso is de klimmer van Saunier Duval geen gevaar  en de rest komt, omdat beiden op de klim al een minuut wegreden niet meer terug.
Simoni en Enrique guttierez geven een halve minuut toe op Ivan en de rest komt, soms bevangen door de kou, trillend en bevend op een minuut of nog meer binnendruppelen.
Rujano komt nooit aan in La Thuile,  hij is ergens in de afdaling gevallen en is vervolgens bibberend in de ploegleiderswagen gestapt: geen weer voor een koffieplanter.

De week die volgt is simpelweg eentje van een Basso die geen meter wijkt en geen of minder zwakte toont ten opzichte van de concurrenten.
De Kronplatz wordt door het aanhoudende slechte weer geschrapt  en wat rest is de koninginnenrit over de Tonale, Gavia en Mortirolo  met finish op de Passo Aprica.

De rit is voor de al goed gegeselde renners een marteling waar menig masochist een natte droom aan overhoudt.
Ditmaal niet het weer, maar wel de  botte zaag die drie weken Giro heet, die de benen nu bijna helemaal doormidden heeft weten te zeuren.

Op de Mortirolo blijven Basso en Simoni eigenlijk nog als enige over van de uitgeputte groep.
Basso daalt opnieuw als een oude dame, maar Simoni blijft netjes bij hem.
Het credo van Gibo luidt dat hij met Basso naar de finish rijdt: Basso roze, Gilberto de zege.
De kersverse vader in Ivan gelooft echter meer in een ererit voor zijn jonge telg  en versnelt op het lopende stuk naar Aprica.
Simoni kan alleen nog maar smeken om zijn moeder in plaats van aan zijn nageslacht te denken,  kraakt en bijt zijn tanden compleet kapot.

Basso wint, de rest is "tutti cadaveri".
Zoals een reddingswerker aangeslagen liet weten tijdens de bergingswerkzaamheden na de mijnramp in Marcinelle,
Een zwarte gebeurtenis  waaraan de eerste ritten op Waalse gronden van deze editie waren gewijd.

Ivan Basso wint de Giro als een echte verschrikker, vermomd achter een mooie lach  met een voorsprong die van zijn concurrenten alleen Simoni kon benaderen in een Giro dei dopingrazzie.
9 minuten op numero 2  Jose Enrique Guttierez  en al 11 minuten voor Simoni.

De volgende doping"razzia" zou echter niet lang op zich laten wachten.